Vocabulary (Review)

Learn New Words FAST with this Lesson’s Vocab Review List

Get this lesson’s key vocab, their translations and pronunciations. Sign up for your Free Lifetime Account Now and get 7 Days of Premium Access including this feature.

Or sign up using Facebook
Already a Member?

Lesson Notes

Unlock In-Depth Explanations & Exclusive Takeaways with Printable Lesson Notes

Unlock Lesson Notes and Transcripts for every single lesson. Sign Up for a Free Lifetime Account and Get 7 Days of Premium Access.

Or sign up using Facebook
Already a Member?

Lesson Transcript

Hi everybody, my name is Thomas.
Welcome to the 2000 Core Dutch Words and Phrases video series!
Each lesson will help you learn new words, practice, and review what you've learned.
Ok! Let's get started! First is…
WORD 1
(NORMAL SPEED)
hele dag
(NORMAL SPEED)
"all day"
(NORMAL SPEED)
hele dag
(SLOW)
hele dag
(NORMAL SPEED)
"all day"
(NORMAL SPEED)
de hele dag lang
(NORMAL SPEED)
"all day long"
(SLOW)
de hele dag lang
WORD 2
(NORMAL SPEED)
nachtelijk
(NORMAL SPEED)
"nighttime"
(NORMAL SPEED)
nachtelijk
(SLOW)
nachtelijk
(NORMAL SPEED)
"nighttime"
(NORMAL SPEED)
nachtelijk uitzicht over de stad
(NORMAL SPEED)
"nighttime view of the city"
(SLOW)
nachtelijk uitzicht over de stad
WORD 3
(NORMAL SPEED)
dag
(NORMAL SPEED)
"daytime"
(NORMAL SPEED)
dag
(SLOW)
dag
(NORMAL SPEED)
"daytime"
(NORMAL SPEED)
Gedurende de dag kan ik echt niet slapen.
(NORMAL SPEED)
"I just can’t sleep during the daytime."
(SLOW)
Gedurende de dag kan ik echt niet slapen.
WORD 4
(NORMAL SPEED)
na
(NORMAL SPEED)
"after"
(NORMAL SPEED)
na
(SLOW)
na
(NORMAL SPEED)
"after"
(NORMAL SPEED)
De manager werd na het seizoen ontslagen.
(NORMAL SPEED)
"The manager was fired after the season."
(SLOW)
De manager werd na het seizoen ontslagen.
WORD 5
(NORMAL SPEED)
van nu af aan
(NORMAL SPEED)
"from now on"
(NORMAL SPEED)
van nu af aan
(SLOW)
van nu af aan
(NORMAL SPEED)
"from now on"
(NORMAL SPEED)
Van nu af aan zullen computers in ons leven zijn.
(NORMAL SPEED)
"Computers will be in our lives from now on."
(SLOW)
Van nu af aan zullen computers in ons leven zijn.
WORD 6
(NORMAL SPEED)
voor
(NORMAL SPEED)
"before"
(NORMAL SPEED)
voor
(SLOW)
voor
(NORMAL SPEED)
"before"
(NORMAL SPEED)
Elke avond voor ik naar bed ga surf ik op het internet.
(NORMAL SPEED)
"I surf the internet every night before bed."
(SLOW)
Elke avond voor ik naar bed ga surf ik op het internet.
WORD 7
(NORMAL SPEED)
nu
(NORMAL SPEED)
"now"
(NORMAL SPEED)
nu
(SLOW)
nu
(NORMAL SPEED)
"now"
(NORMAL SPEED)
Wat wil je nu gaan doen?
(NORMAL SPEED)
"What do you want to do now?"
(SLOW)
Wat wil je nu gaan doen?
WORD 8
(NORMAL SPEED)
vaak
(NORMAL SPEED)
"often"
(NORMAL SPEED)
vaak
(SLOW)
vaak
(NORMAL SPEED)
"often"
(NORMAL SPEED)
vaak verslapen
(NORMAL SPEED)
"often oversleep"
(SLOW)
vaak verslapen
WORD 9
(NORMAL SPEED)
gewoonlijk
(NORMAL SPEED)
"usually"
(NORMAL SPEED)
gewoonlijk
(SLOW)
gewoonlijk
(NORMAL SPEED)
"usually"
(NORMAL SPEED)
Wortels zijn gewoonlijk oranje van kleur.
(NORMAL SPEED)
"Carrots are usually orange in color."
(SLOW)
Wortels zijn gewoonlijk oranje van kleur.
WORD 10
(NORMAL SPEED)
winter
(NORMAL SPEED)
"winter"
(NORMAL SPEED)
winter
(SLOW)
winter
(NORMAL SPEED)
"winter"
(NORMAL SPEED)
Winter is het seizoen van de kortste dagen en de koudste temperaturen.
(NORMAL SPEED)
"Winter is the season of shortest days and coldest temperatures."
(SLOW)
Winter is het seizoen van de kortste dagen en de koudste temperaturen.
PRACTICE/REVIEW
Let's review. Respond to the prompts by speaking aloud. First, you will hear a word or phrase in English. Respond in Dutch, then repeat after me, focusing on pronunciation.
Ready?
(Do you remember how to say "all day?" Review 1)
(3)
(2)
(1)
hele dag
(1)
hele dag
(And how to say "nighttime?" Review 2)
(3)
(2)
(1)
nachtelijk
(1)
nachtelijk
(What about "daytime?" Review 3)
(3)
(2)
(1)
dag
(1)
dag
(Do you remember how to say "after?" Review 4)
(3)
(2)
(1)
na
(1)
na
(Let's try "from now on!" Review 5)
(3)
(2)
(1)
van nu af aan
(1)
van nu af aan
(What about "before?" Review 6)
(3)
(2)
(1)
voor
(1)
voor
(Now, let's see if you remember how to say "now!" Review 7)
(3)
(2)
(1)
nu
(1)
nu
(Another one! What about "often?" Review 8)
(3)
(2)
(1)
vaak
(1)
vaak
(Do you remember how to say "usually?" Review 9)
(3)
(2)
(1)
gewoonlijk
(1)
gewoonlijk
(And finally, do you remember how to say "winter?" Review 10)
(3)
(2)
(1)
winter
(1)
winter
Well done!
See you next time!
Tot ziens.

Comments

Hide